3 augustus 2018
VSK (Vereniging Nederlandse Sigaretten- en Kerftabakfabrikanten) reageert op de opdracht van burgemeester Halsema van de Gemeente Amsterdam aan mr. Bénédicte Ficq en mr. Phon van der Biesen om een handhavingsprocedure te beginnen bij de NVWA om zogenaamde ‘sjoemelsigaretten’ uit de handel te halen.
Met deze oproep gaat de burgemeester Halsema volledig voorbij aan het feit dat alle sigaretten die in Nederland op de markt worden gebracht voldoen aan de wettelijke eisen die hiervoor gelden.
In juni ontstond hier verwarring over, nadat de resultaten van een onderzoek van het RIVM leken te suggereren dat de gehaltes aan teer, nicotine en koolmonoxide in sigaretten de wettelijke norm overschrijden. Die suggestie is ongegrond, want het RIVM hanteerde een heel andere meetmethode dan de methode die wettelijk is voorgeschreven.
In dezelfde week dat het RIVM-rapport werd uitgebracht bevestigde Europese Commissie – de instantie die hierover gaat- dat het bericht van het RIVM geen nieuws bevatte. De alternatieve meetmethode van het RIVM is niet beter dan de bestaande en er bestaat in Europa geen animo om de huidige regels, die per 2016 al volledig zijn herzien, aan te passen.
Jan Hein Sträter, directeur bij VSK, zegt hierover: “De gemeente Amsterdam laat zich publicitair voor een
karretje spannen. Sigaretten voldoen aan alle wettelijke eisen, daarom is dit handhavingsverzoek volstrekt zinloos. Dat wil overigens niet zeggen dat ze daarom veilig zijn: volwassenen die ervoor kiezen te roken dienen zich bewust te zijn van de risico’s.”
Bij het bovenstaande persbericht was een bijlage opgenomen:
"De Sjoemelsigaret Bestaat Niet: De Feiten op een Rij".
• De “sjoemelsigaret” bestaat niet. In februari van dit jaar heeft het Openbaar Ministerie na een onderzoek van anderhalf jaar geconcludeerd dat de tabaksindustrie voldoet aan de geldende wet- en regelgeving. Dit onderzoek was ingesteld naar aanleiding van een aangifte waarin werd beweerd dat de tabaksindustrie door middel van gaatjes in het filter van de sigaretten de zogenaamde ISO meetmethode zou willen omzeilen. Volgens het OM is daarvan in het geheel geen sprake en de aangifte is op alle onderdelen weerlegd.
• Een perfecte meetmethode bestaat niet. In het handhavingsverzoek dat bij de NVWA is neergelegd wordt gesteld dat de ISO-methode om de emissies van sigaretten te meten niet zou voldoen. Ook Staatssecretaris Blokhuis heeft zich in die zin uitgelaten. De ISO-methode wordt echter internationaal gehanteerd en is door de EU voorgeschreven in alle lidstaten. Daarnaast heeft onderzoek uitgewezen dat geen van de beschikbare meetmethodes meer representatief voor het rookgedrag is dan andere meetmethodes. Ook is geen enkele methode een betere voorspeller van blootstelling dan andere meetmethodes. Dit geldt ook voor de Canadian Intense methode. Recent heeft de Europese Commissie, op vragen uit het Europarlement, nog laten weten dat er “geen bewijs is dat een herziening van de meetmethode nodig is”.
• Als er een betere meetmethode beschikbaar komt die wettelijk wordt voorgeschreven, dan zal de tabaksindustrie volgens die methode gaan rapporteren. Tot dat moment kan en mag de industrie niets anders doen dan de thans geldende wettelijke voorschriften volgen.
• Het handhavingsverzoek treft geen doel. Het verzoek berust op de gedachte dat de gehaltes aan schadelijke stoffen in sigarettenrook hoger zijn dan wettelijk is toeg estaan indien men dit zou meten met een andere meetmethode. De NVWA heeft echter al laten weten dat zij handhaven op basis van de wettelijk voorgeschreven (ISO) meetmethode. Het verzoek is dus bij voorbaat zinloos. De verzoekers weten dit en het heeft er dus alle schijn naar dat zij wederom het recht voor publicitaire doeleinden trachten te misbruiken.